Rijden onder invloed van psychoactieve stoffen (ROPS).
Samenvatting
Aan de hand van dit onderzoek wordt nagegaan welke de zwakke punten of tekortkomingen zijn van het Belgische handhavingsbeleid inzake rijden onder invloed van psychoactieve stoffen. Dit gebeurt door:
- Literatuurstudie over de invloed van legale en illegale drugs en geneesmiddelen op de rijvaardigheid en het ongevallenrisico (door Universiteit Gent): inventarisatie van de beschikbare literatuur, analyse van de beschikbare literatuur, samenvatting en besluiten formuleren.
- Beschrijving van de Belgische wetgeving, reglementering en handhaving (door BIVV): beknopte literatuurstudie betreffende de wetgeving in het buitenland, terreinstudie van de huidige Belgische situatie inzake wetten, reglementering en handhaving en besluiten formuleren.
- Een vergelijking van het literatuuroverzicht en van de beschrijvende studie zal gebeuren om de zwakke punten of tekortkomingen in de verf te zetten, om op basis hiervan voorlopige aanbevelingen te formuleren (BIVV- Universiteit Gent).
- Toetsing van de voorlopige aanbevelingen aan binnen- en buitenlandse expertise (BIVV- Universiteit Gent).
- Formuleren van de finale aanbevelingen (BIVV- Universiteit Gent).
- Conferentie voor beleidsverantwoordelijken en -betrokkenen (BIVV- Universiteit Gent).
Doelstelling
De algemene doelstelling van dit onderzoeksproject is een evaluatie van de huidige wetgeving inzake rijden onder invloed van psychoactieve stoffen, ter ondersteuning van het Belgische handhavingsbeleid. Dit gebeurt door de analyse van zowel binnen- als buitenlandse wetgevingen terzake en het toetsen en vertalen van de op dit moment bekende onderzoeksresultaten in verband met de invloed van legale en illegale drugs en geneesmiddelen op de rijvaardigheid en het ongevallenrisico. Op basis van literatuurstudie, interviews met experts en op basis van participerende observatie van de verkeershandhaving inzake het rijden onder invloed van illegale drugs wordt tevens de actuele toepassing van de bestaande wetgeving in kaart gebracht. De resultaten van het onderzoeksproject omvatten concrete beleidsaanbevelingen.
Onderzoekspopulatie
Niet van toepassing
Voornaamste resultaten
Aan de hand van een meta-analyse van de gegevens uit recente epidemiologische studies wordt aangetoond dat het percentage van de bestuurders onder invloed van cannabis (4%) slechts iets lager ligt dan het percentage onder invloed van alcohol (5,3%). Gebruik van benzodiazepines wordt vastgesteld bij 2,5% van de bestuurders, cocaïne en opiaten bij 1% en amfetamines bij 0,8%. Uit de gegevens van recente enquêtes blijkt dat zo’n 3,6% van de algemene bevolking verklaart te rijden onder invloed van drugs. Bij de jongeren bedraagt dit 15% en bij de druggebruikers 85%.
Verscheidene studies tonen daarenboven aan dat bestuurders onder invloed van drugs een hoger risico hebben op een verkeersongeval en op verantwoordelijkheid voor een ongeval. Op basis van de uitgevoerde enquêtes is echter vastgesteld dat het aantal controles beperkt blijft: in de periode 2000 tot en met 2004 werden 3.810 processen verbaal opgesteld. Bijna alle processen-verbaal krijgen een vervolg: slechts 52 worden door het parket geseponeerd. Behoudens het instellen van vervolging gaat het parket ook 1.103 keer over tot de onmiddellijke intrekking van het rijbewijs. Op het niveau van de rechtbanken zijn 110 personen vrijgesproken. De meest voorkomende straf is de minimum geldboete van € 200 (met opdeciemen €1.100) en een verval van het recht tot sturen.
Naast de objectieve pakkans is ook de subjectieve pakkans voor rijden onder invloed van drugs beperkt.
Output
Scheers, M., Verstraete, A., Adriaensen, M., Raes, E., & Tant, M. (2006). Rijden onder invloed van psychoactieve stoffen. Literatuurstudie en evaluatie van het handhavingsbeleid. Gent: Academia Press.
Online artikels & rapporten
Contact
Algemene info
Looptijd
Einddatum 30/06/2007
Methode
Type
Gefinancierd door
Product
Discipline
Regio
Status
Datum laatste wijziging: 10/06/2016
Dit item aanpassen