Gebruik van alcohol en psychofarmaca in woonzorgcentra

In september 2017 stuurde VAD een online vragenlijst naar woonzorgcentra in Vlaanderen. Om zo een beter zicht te krijgen op de problemen en noden bij het gebruik van alcohol en psychofarmaca in woonzorgcentra (WZC). Negenenzestig medewerkers vulden de vragenlijst in, voornamelijk directieleden, hoofdverpleegkundigen of afdelingsverantwoordelijken. Benieuwd naar de resultaten? We zetten ze hieronder op een rij.

WZC hebben nood aan handvatten

We starten met de belangrijkste conclusie: WZC hebben nood aan ondersteunend materiaal en handvatten. De bevraagde organisaties signaleren verschillende noden, zowel naar het gebruik van alcohol als psychofarmaca. De meest prioritaire noden zijn:

  • Informatie over een beleidsmatige aanpak
  • Informatie over het gebruik van psychofarmaca en alcoholgebruik bij ouderen en materialen om mee te geven met de bewoner
  • Vorming en training van personeel over het gebruik van psychofarmaca

Het gebruik van psychofarmaca en alcohol zorgt voor problemen

‘Met problemen bedoelen we het negatieve effect van psychofarmaca en alcohol op het lichamelijk of psychosociaal functioneren van de oudere zelf, zijn omgeving of de werking van het WZC.'

WZC ondervinden wel degelijk problemen bij bewoners die psychofarmaca of alcohol gebruiken. Van de bevraagde WZC ondervond 60% het voorbije jaar bij twee of meer bewoners op tien problemen omwille van psychofarmaca. Dertien procent ondervond bij minimaal 50% van de bewoners het voorbije jaar problemen. Bewoners ondervinden vooral zelf nadelen van het gebruik (bv. vallen) en familie is ongerust of zit met vragen. Wat het gebruik van alcohol betreft, zegt 65% van de bevraagden dat één op tien bewoners het voorbije jaar hierdoor problemen had. Het gebruik van alcohol zorgt voor overlast en personeel weet niet hoe om te gaan met bewoners die (overmatig) alcohol drinken.

44% heeft een beleid over alcohol of psychofarmaca

Van de bevraagde WZC beschikt 44% over een beleid over één of beide thema’s. Er zijn meer organisaties met een beleid over psychofarmaca dan een alcoholbeleid. Iets minder dan de helft (46%) maakt gebruik van richtlijnen voor het gebruik of de afbouw van psychofarmaca.

WZC zijn op goede weg

Er is aandacht voor de systematische controle van psychofarmaca bij nieuwe bewoners en het maken van afspraken over alcoholgebruik. Drie vierde van de bevraagde organisaties zegt afspraken te hebben over het gebruik van alcohol. Meer dan de helft van de bevraagde organisaties (65%) zegt het alcoholgebruik te bevragen bij nieuwe bewoners. Geen enkel van de bevraagde WZC maakt hierbij gebruik van een gevalideerd en betrouwbaar screeningsinstrument.

Informeren van bewoners

WZC investeren in de eerste plaats in het informeren van bewoners over psychofarmaca. De helft van de bevraagde WZC informeert zijn bewoners over psychofarmaca en minder dan de helft (37,7%) over alcohol. Bewoners worden geïnformeerd via individuele begeleiding of aan de hand van flyers of brochures. WZC ondervinden hierbij moeilijkheden zoals te weinig tijd, weerstand bij collega’s om deze thema’s te bespreken en moeilijk aansluiting vinden bij bewoners.

De meerderheid van het personeel voelt zich onvoldoende deskundig

Van de bevraagden geeft 62% aan dat personeel zich onvoldoende deskundig voelt om om te gaan met bewoners die (problematisch) drinken of psychofarmaca gebruiken. Bijna één derde informeert personeel over het gebruik van alcohol. Waar iets meer dan de helft (57%) van het personeel informeert over het gebruik van psychofarmaca. De WZC die de vragenlijst invulden, geven dan ook aan dat 40% van het personeel onvoldoende op de hoogte is van de risico’s van het gebruik van alcohol en psychofarmaca bij ouderen. De meeste WZC die hun personeel niet informeren geven aan andere prioriteiten te hebben.

De samenwerking met de huisarts verloopt bij 71% goed

Bij 71% van de bevraagde WZC verloopt de samenwerking met de huisarts goed. Cruciale sleutelelementen hierin zijn: goede communicatie, duidelijke rolverdeling en erkenning van de expertise van de verpleegkundige door de arts. De huisarts heeft een belangrijke rol. Hij of zij vervult, volgens de WZC, onder meer volgende taken: informeren van bewoners, afbouwen van psychofarmaca en het opvolgen van richtlijnen.

Doorverwijzing kan beter

“Van de bevraagde WZC zegt 47% onvoldoende zicht te hebben op de doorverwijzingsmogelijkheden voor bewoners die problematisch drinken of psychofarmaca gebruiken.”

Ongeveer de helft van de WZC verwijst de bewoner door naar gespecialiseerde organisaties wanneer er sprake is van problematisch gebruik van alcohol of psychofarmaca. Organisaties die bewoners niet doorverwijzen geven hiervoor volgende verklaringen:

  • Er is onvoldoende plaats bij gespecialiseerde organisaties
  • We hebben onvoldoende kennis van het aanbod
  • We pakken het probleem met interne medewerkers aan (bv. psycholoog)

VAD plant mee verdere uitrol project in woonzorgcentra

In 2018 zal VAD samen met Woonzorgcentrum Leiehome en Universiteit Gent, de verdere uitrol van het project psychofarmaca in Vlaanderen voorbereiden. In dit pilootproject is het gebruik van psychofarmaca in vijf Oost-Vlaamse woonzorgcentra, waaronder WZC Leiehome te Drongen, op een jaar tijd met 10% gedaald. De personeelsleden werden er begeleid om minder psychofarmaca toe te dienen en de medicatie minder snel op te starten. Dit project sluit perfect aan bij de noden die hierboven beschreven staan. VAD bekijkt in 2018 ook welke materialen nodig zijn om de beleidsmatige aanpak in woonzorgcentra te ondersteunen. Het Vlaams project ‘preventiecoaches in welzijn en gezondheid’ dat recent door minister Vandeurzen werd aangekondigd, staat in voor de ondersteuning van de implementatie van een beleidsmatige aanpak van psychofarmaca in de WZC in Vlaanderen.

Kaatje Popelier
Psychoactieve medicatie / Online toepassingen

Jasmien De Doncker
Algemene ziekenhuizen / Online hulp / Zwangerschap